Stadsteam Back Up > Hoe Simon een thuis vond

Hoe Simon een thuis vond

Natuurlijk had hij graag een normale jeugd gehad. Eén zonder taalachterstand, lakse docenten, doodzieke moeder, onbekwame vader, uithuisplaatsing en jeugdinstellingen. “Maar”, zegt Simon (25), “ik weiger daar somber van te worden. Ik heb nu een superleuke woning, baan en relatie. Ik kijk met vertrouwen naar de toekomst. En ik ben trots dat ik zoveel tegenslag overwonnen heb.” Hoe hem dat is gelukt? “Mede dankzij Stadsteam Back Up en Goeie Buur.”


Van adoptiegezin naar instelling

Hij was drie toen hij van Colombia naar Nederland kwam. Geadopteerd, samen met zijn paar jaar oudere broer. “Door onze taalachterstand kwamen we moeilijk mee op school. Maar docenten begeleidden ons niet extra. Ze voorkwamen niet dat we basiskennis misliepen. En ze gaven geen aanvullende taalles.” De jongens begonnen zich gefrustreerd en ongemotiveerd te gedragen. “Maar niemand keek wat daaronder zat.” In plaats daarvan schaalden leraren hen in op mbo-2-niveau en klaagden ze bij hun ouders.

Dat tastte de sfeer thuis aan – en die was al niet vrolijk. “Mijn moeder was ongeneeslijk ziek geworden. En daar kon mijn vader slecht mee omgaan. Hij onttrok hij zich nog meer aan het gezinsleven dan daarvoor.” De mantelzorg voor hun moeder lag daardoor bij Simon en zijn broer. “Net als de zorg voor onszelf. We werden al heel jong zelfstandig.” Toen Simon 12 was overleed zijn moeder. “Mijn broer en ik hadden alleen elkaar en onze woning nog. Dat was ‘thuis’. Maar toen sociale hulpverleners zagen dat we er alleen voor stonden, verloren we ook dat. We werden uit huis geplaatst – ieder in een andere jeugdinstelling.”

Van instelling naar schoonfamilie

Simon ging van instelling naar instelling. Hij leerde hoe hij snel kennis kon maken met nieuwe mensen. Maar hij waakte ervoor zich te hechten, zich echt te uiten of om hulp te vragen. “Medebewoners en begeleiders van instellingen kunnen best agressief zijn. En maak je vrienden? Dan moet je die al snel weer achterlaten – of zij jou. Dus leer je op je hoede te zijn, jezelf niet kwetsbaar op te stellen, zoveel mogelijk zelf op te lossen.” Slechts af en toe nam hij hulp aan. “Zoals van de hulpverlener die mij op mijn 15e de kans gaf om begeleid op kamers te wonen. Heel jong, maar hij zag hoe zelfstandig ik al was.”

Vanuit die kamer zette hij stappen vooruit. Hij rondde zijn mbo-studie af, vond werk in de horeca én kreeg vaste verkering met zijn huidige verloofde. “Het begeleid-op-kamers-wonen-project was echter alleen voor minderjarigen. Dus toen ik 18 werd moest ik daar weg. Ik zocht overal woonruimte, maar kon niets vinden.” Ditmaal accepteerde hij hulp van zijn vriendin en haar ouders. “Ik mocht bij hen komen wonen. Fantastisch als tijdelijke oplossing. Dus trok ik bij hen in, maar bleef ik ondertussen wel rondkijken naar een andere woning.” Zo hoorde hij over Stadsteam Back Up.

Van schoonfamilie naar eigen huis

“Een kennis vertelde me dat ze via Stadsteam Back Up een woning had gevonden.” Zij legde hem uit wat voor soort organisatie dit was. Bijvoorbeeld dat ze hulp biedt aan alle Utrechters die (bijna) dak- of thuisloos zijn. Dat ze speciale aandacht heeft voor jongvolwassenen. En dat ze per persoon passende ondersteuning geeft – of het nu gaat om medische hulp, eten, geldzaken, een briefadres, 24-uursopvang, dagopvang of plaatsen in een zelfstandige woonruimte met ambulante begeleiding. “Stadsteam Back Up zet hiervoor vaste contactpersonen in en werkt nauw samen met veel andere zorgorganisaties en de gemeente. Daarbij speelt ze vaak een centrale rol, als een spin in het web.”

Zijn kennis gaf Simon het nummer van haar contactpersoon. “Die luisterde goed en begreep mijn situatie direct. Hij vroeg urgentie aan voor een sociale huurwoning en hielp me onderdak te vinden voor zolang ik op die woning moest wachten.” Simon kwam eerst terecht in een kamertrainingscentrum, via Stadsteam Back Up-partner Youké. En daarna in een studio bij het FC Utrecht-stadion, via Goeie Buur. “Dit bleek een initiatief van SSH, speciaal voor jongeren uit pleeggezinnen, jeugdinstellingen of een situatie van dak- of thuisloosheid. SSH werk hierbij samen met de gemeente en zorgpartijen als Stadsteam Back Up, die jongvolwassen dak- en thuislozen doorverwijst.”

Goeie Buur stelt jongeren woonruimte beschikbaar in een studentenomgeving, met een buurtbewoner (‘buddy’) als aanspreekpunt en wegwijzer. “Mijn studio was geweldig. Voor het eerst had ik een plek voor mijzelf alleen – en ik had een contract voor vijf jaar!” Dat gaf hem de stabiliteit om plannen te maken. “Toen er na drie maanden eindelijk een sociale huurwoning vrijkwam, besloot ik die af te wijzen. En om in plaats daarvan, een halfjaar later, met mijn verloofde samen te gaan wonen in een huisje in Zeist.” Ook besloot hij te solliciteren bij Goeie Buur. “Ik werd aangedragen door iemand van Youké. Die had gehoord dat de SSH graag een nieuwe Medewerker Goeie Buur wilde.

Van eigen huis naar nieuwe doelen

“Ik had een erg leuk gesprek en werd aangenomen”, vertelt Simon. Sinds 1 december 2021 koppelt hij jongeren aan woningen en buddies; een matchmaking die hem goed afgaat. “Misschien ook wel doordat ik die jongeren goed aanvoel, vanwege mijn eigen achtergrond.” Niet dat hij die achtergrond met al zijn cliënten deelt. “Alleen als ik denk dat ze er wat aan kunnen hebben. Dan zeg ik bijvoorbeeld hoe het mij hielp om doelen te stellen, hulp te accepteren en realistisch te zijn. Je kunt veel bereiken, vertel ik ze, als je maar geduld hebt en je blijft inzetten. Het zal vaak langzaam gaan en soms tegenzitten. Maar ga altijd door. Dan kom je er wel.”

Wat hij zelf nog wil bereiken? “Sowieso Goeie Buur helpen uit te breiden naar andere steden. En de opleiding tot ervaringsdeskundige afronden die de gemeente mij heeft aangeboden.” Als ervaringsdeskundige hoopt hij collega’s straks in staat te stellen om jongeren nog beter te begrijpen. “Om bijvoorbeeld rekening te houden met hun argwaan en stress, waardoor ze blokkeren als je zegt dat ze iets móéten doen. Dat gebeurt minder snel als je uitlegt waarom het goed voor hen is.” Ooit wil hij zich ook op andere manieren sterk maken voor jongeren die het lastig hebben. “Wie weet zet ik wel een horecaproject op waarin ze een vak kunnen leren. Maar voor nu zit ik goed op mijn plek. Ik voel me hier heel erg thuis!”

In dit verhaal zijn enkele persoonlijke gegevens veranderd, om ‘Simon’ te anonimiseren.